Skip to main content

Zoekbalk J4

Koken met mantelzorger Corine Raats

interiew corine qr

De kookclub van woonzorg centrum De Linde in Achterberg, is opgericht vanuit de gedachte van het Tubbe model. Dit is een Zweeds model waarbij bewoners en medewerkers worden aangemoedigd alles in te zetten om zin te geven aan het leven. Wonen en leven zoals thuis. Een oproep aan familie en naasten leverden een aantal enthousiaste koks op voor de bewoners. De kok bedenkt van tevoren een recept en de zorgmedewerkers van de afdeling zorgen dat alle boodschappen op tijd in huis zijn. De moeder van Corine Raats woont in De Linde en Corine kookt sinds kort af en toe een heerlijke maaltijd voor de bewoners.

Wat heb jij met koken?
“Ik hou gewoon van koken! Mijn oma en mijn moeder konden ook allebei goed en lekker koken, het zit echt in onze genen. Voor ons is het koken altijd heel belangrijk geweest. Mijn kinderen vragen ‘s ochtends nog steeds als eerste: “Mama, wat eten we vanavond?”

Vroeger, vanaf mijn achtste, hielp ik mijn moeder al met het eten klaarmaken. We hadden altijd een groentetuin en kookten met verse producten.”

Wat voor soort gerechten maak je voor de bewoners?
“Dat ligt eraan. Ik maak het liefst iets aparts en met verse producten. Even een ander recept. Dit is een recept van Jamie Oliver. Hij kookte dit vaak voor zijn kinderen. Het eet makkelijk. Is makkelijk te kauwen voor de bewoners en niet te scherp.”

Helpen de bewoners ook mee?
“Ja soms wel. Zoals aardappels schillen of groenten snijden. De ene keer vinden ze dat leuk en de andere keer niet en dan doe ik het gewoon zelf.”

Welke gerechten vinden zij lekker?
“Nou ik moet heel eerlijk zeggen dat ik van tevoren dacht dat de bewoners met name aardappels, groenten en vlees lekker zouden vinden, maar ze smikkelen eigenlijk alles met smaak op. Ik hoorde wel dat rijst niet altijd goed valt. Maar het valt me op dat de mensen graag ook eens andere dingen willen eten en proberen.”

Wat brengt het jou?
“Ik vind het fijn om iets voor een ander te doen en zo dichtbij mijn moeder te zijn, om in haar wereld mee te gaan. Die wereld is natuurlijk niet meer zoals die was. Maar op deze manier maak ik daar toch deel van uit. Ik vind het heerlijk en we worden er beiden blij van, het voelt vertrouwd.”

Ingrediënten voor 4 tot 6 personen

10 plakjes mager rookspek of pancetta
een bosje verse munt
150 g Parmezaanse kaas
zeezout en zwarte peper uit de molen
400 g pasta
olijfolie
een klontje boter
300 g doperwten uit de diepvries
2 volle dessertlepels crème fraîche
1 citroen

Ter voorbereiding
Snijd het rookspek in kleine stukjes. Pluk de muntblaadjes van de steeltjes en gooi de steeltjes weg. Rasp de Parmezaanse kaas fijn.

Het koken
Breng een grote pan gezouten water aan de kook. Doe de pasta in de pan en kook het volgens de aanwijzingen op de verpakking gaar. Zet een grote koekenpan op matig vuur en doe er een flinke scheut olijfolie en een klontje boter in. Doe de stukjes spek in de pan, strooi er wat peper op en bak ze tot ze goudbruin en krokant zijn. Hak intussen de muntblaadjes fijn. Doe zodra de stukjes spek goudbruin zijn de doperwten erbij en schud de pan even flink. Doe na ongeveer een minuut de crème fraîche en gehakte munt bij het spek en de erwten. Laat de pasta in een vergiet boven een grote kom uitlekken en bewaar een klein beetje van het kookvocht. Doe de pasta bij het mengsel in de koekenpan. Snijd je citroen doormidden en knijp het sap over de pasta. Haal de pan als alles lekker pruttelt van het vuur. Het is heel belangrijk dat de saus romig, glad en lekker is; als je hem wat te dik vindt kun je hem met een scheutje van het kookvocht verdunnen. Hussel er de geraspte Parmezaanse kaas door.

Serveren
Verdeel de pasta over de borden of kommen, of zet de pasta in een grote kom op tafel en laat iedereen voor zich opscheppen. Heerlijk met een eenvoudig aangemaakte groene salade.